Schil de gember en snijd in grove stukken. Snijd de rode peper in plakjes en hak 2 stengels citroengras grof.
Kruid de sukade aan beide kanten met versgemalen peper en zout.
Verwarm een scheutje zonnebloemolie in een braadpan en bak er op middelhoog vuur de sukade om en om mooi goudbruin in. Voeg de peper, de gember, het sesamzaad en het citroengras toe. Blus af met de sojasaus en de bouillon en breng tegen het kookpunt.
Dek de pan af met een deksel en laat 6 uur op een laag vuurtje stoven. Eventueel kan het ook gestoofd worden in een voorverwarmde oven van 85-95 graden.
Neem de sukade uit de pan als deze gaar is en prik ieder lapje aan een stengel citroengras.
Laat het stoofvocht inkoken tot het mooi dik begint te worden, leg er het vlees terug in en glaceer rondom met de stroperige jus.
Meng voor de salade de sesamolie met het sap en de rasp van de limoen en de sojasaus en voeg er het sesamzaad aan toe. Breng eventueel op smaak met zout en peper.
Snijd de shanghai paksoi in repen en pluk de koriander grof. Meng met de taugé en maak de salade aan met de dressing.
Dresseer de salade in diepe bordjes of stoommandjes en leg er de ‘spies’ van sukade op.